Overvecht, dreven en rivieren

De foto is afkomstig van de website belgianview.com

Moet je in Overvecht zijn dan ontkom je er niet aan: dreven. Alle straatnamen in de wijk eindigen er op. Als je er woont komt er vanzelf orde in de chaos, maar zo nu en dan kom je weer een ‘nieuwe’ dreef tegen. In de Van Dale zocht ik op waar dreef voor staat. Iedereen kent de uitdrukking ‘iemand op dreef helpen’, ofwel iemand helpen hoe hij of zij de zaak moet aanpakken. Ook betekent het brede landweg. Dat is grappig want het stratenplan in Overvecht doet nu niet direct denken aan kronkelende onverharde wegen op het platteland. Wat verder opvalt aan de straatnamen is dat er veel zijn vernoemd naar rivieren. Een poosje terug stuitte ik op de website van Harm J. Schoonhoven. Hij heeft een kaart gemaakt waarop je Overvecht ziet. De dreven die een rivier bevatten, 45 in totaal, zijn uitgelicht op de kaart en je kunt er op drukken. Dan verschijnt een foto van de rivier met wat informatie. Klik je bijvoorbeeld op de Rubicondreef dan zie dat het een relatief korte rivier is van slechts 29 kilometer stromend door Italië. Dat valt een beetje in het niet bij de machtige Nijldreef. Maar de Rubicon heeft een historische dimensie. De uitspraak de Rubicon oversteken is er aan ontleend. Julius Caesar trok met zijn legers vanuit een noordelijk gelegen provincie de rivier de Rubico over in het jaar 49.Daarmee pleegde hij feitelijk een staatsgreep die een einde maakte aan de Romeinse Republiek en de weg vrijmaakte voor een monarchie, al werd dat toen nog niet zo genoemd. Caesar beslechtte het conflict dat hij had met de Senaat op deze wijze in zijn voordeel en werd heerser over Italië. Na een korte veldtocht in Spanje en inmenging in Egypte waar hij Cleopatra in het zadel hielp trok hij de macht naar zich toe. In het jaar 46 trok hij Rome binnen als grote triomfator.

Noot: De informatie over Caesar heb ik uit het boek: De oudheid. Grieken en Romeinen in de context van de wereldgeschiedenis gehaald. Het is geschreven door F.G. Naerebout en H.W. Singor. Het staat op pagina 277.